Het innerlijk getto

In 163 pagina’s schetst Santiago H. Amigorena de strijd die zijn grootvader Vicente Rosenberg met zichzelf levert omdat hij zijn moeder en de rest van de familie niet heeft overgehaald om Warschau te verruilen voor Buenos Aires. Zelf had hij die reis in 1928 gemaakt om aan de druk van de antisemitische maatschappij en de bemoeizucht van zijn moeder te ontsnappen. Na een jaar reageert hij amper op de vele brieven van zijn moeder en steekt hij de draak met haar verwijten. Maar vanaf 1938 maakt hij zich zorgen als hij steeds minder van haar hoort. Hij had weliswaar geschreven dat ze moest komen, maar meer niet. Hij had het niet via zijn broer geprobeerd, hij was haar niet gaan halen. Nu was het oorlog en te laat. Naarmate de oorlog vordert vernemen ze in Argentinië ook hoe de toestand in Warschau verslechterd. In een brief van zijn moeder blijkt ze in het getto te zitten onder erbarmelijke omstandigheden. Vicente kan hier niet mee omgaan en vervalt in zelfverwijtend zwijgen, tot wanhoop van zijn vrouw Rosita en zijn boezemvrienden. Niemand kan hem bewegen te vertellen wat hem zo kwelt. In een laatste brief van zijn moeder blijken de omstandigheden nog veel erger, mensen gaan dood van de honger, bevriezen van de kou. Vicente kan het niet meer aan, dat hij wel kon maar niet wilde dat zijn moeder naar Buenos Aires kwam en trekt zich terug in zwijgen en het vergokken van z’n geld met pokeren. Iedere nacht verspeelt hij wat hij die dag heeft verdiend met zijn meubelwinkel waar hij de meubels verkoopt die zijn schoonvader maakt in zijn fabriek.

Vicente weet niets van de verschrikkingen door het Naziregime, het plan alle joden te vermoorden, het inrichten van vernietigingskampen. Gebeurtenissen in het leven van Vicente in Buenos Aires koppelt Amigorena met de stappen in dat proces en sluit steeds af dat Vicente het had kunnen weten, maar het niet kon weten omdat, alhoewel bekend, de pers er maar vaag over schreef.

Dat hij niet méér zijn best gedaan heeft om zijn moeder naar Buenos Aires te halen wordt onverdraaglijk. Uiteindelijk kiest hij wat het enige logische is om een eind te maken aan deze innerlijke strijd. In de kelder van de winkel hangt hij een touw om een balk, doet de strop om zijn nek en staat op het punt de stoel weg te trappen, maar dan komt Rosita de winkel in en roept in het trapgat dat ze zwanger is. Als in mei 1945 de overgave wordt getekend en Rosita 8 maanden zwanger is spreekt Vicente voor het eerst sinds weken: als het een meisje is noemen we haar Victoire. 17 jaar later wordt haar neef Santiago geboren.

Santiago heeft zijn opa maar kort gekend, maar weet wel dat Vicente wist dat zijn moeder in Treblinka is vermoord. Op twaalfjarige leeftijd vlucht zijn gezin naar Parijs, uit angst voor het regime van Videla. Ook zijn neef Martín Caparrós schreef een boek over Vicente, Los abuelos (De grootvaders) in 2017, alleen gepubliceerd voor vrienden en familie. Martín heeft het boek van Santiago vertaald uit het Frans naar het Spaans.

Het innerlijk getto, door Santiago Amigorena, vertaald uit het Frans door Floor Borsboom, uitgegeven door De Arbeiderspers, Amsterdam, april 2021.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s