De recente uitbraak van het virus in Beijing ontstond op een markt en wel bij de zalmkraam. Veel Nederlandse media zijn ingegaan op die markt, het contactonderzoek, het afsluiten van een paar wijken, het sluiten van scholen en dat soort zaken. In de Portugese Diário de Noticias werd hier ook wel gewag van gemaakt, maar lag de nadruk op de zalmmarkt. China exporteert van alles en nog wat, maar ze importeren voor ongeveer 600 miljoen Euro aan verse ingevroren zalm. Die komt voornamelijk uit Noorwegen, Australië en Denemarken. Dat zijn veelal kweekzalmen uit zalmfarms, tamme zalmen die in grote kooien aan de kust worden opgekweekt. Uit een vorig leven weet ik dat die gekweekte zalm voortdurend te kampen heeft met allerlei ziektes, zo’n beetje als een legbatterijkip, en dat ze daarom in hun voer allerlei middelen krijgen toegediend, waaronder, net als bij kippen, antibiotica. Dat al die rommel een ramp is voor het milieu met die open kooien laat zich raden. Maar dat die beesten ook een bron voor van alles kunnen zijn staat vast. Of dat dan weer specifiek corona is? Maar dat maakt de Chinese overheid en het Chinese publiek niets uit. Ze zijn een paar dagen geleden massaal gestopt met het eten van zalm én andere geïmporteerde vis. Een beetje een omgekeerd Trump-effect: het is een buitenlands virus!

Ben je liefhebber van kweekzalm? Sla je slag de komende periode, want die zalm zal ongetwijfeld ernstig in prijs gaan dalen! Terug naar wat het in Amsterdam ooit was: goedkoop eten voor het personeel. Toen nog wel wilde zalm overigens.